Skip to content

Elke Brusselse dakloze krijgt sociaal dossier

Het Brussels Gewest wil voortaan de gegevens van elke dakloze verzamelen in een elektronisch sociaal dossier.
Dat moet beter afgestemde hulpverlening opleveren, maar ook de kosten afwentelen op het OCMW van zijn oorspronkelijke gemeente.
De daklozenordonnantie liep het afgelopen jaar vertraging op door het Samusocial-schandaal en de daaropvolgende onderzoekscommissie, maar morgen komt ze in de commissie Sociale Zaken van het Brussels Parlement.

Twee jaar lang werkten de ministers Pascal Smet (sp.a) en Céline Frémault (cdH) aan de creatie van een gewestelijke instelling voor daklozenopvang, maar het zijn er twee geworden.

New Samusocial, de voorlopig nieuwe naam van Samusocial, wordt een publiekrechtelijke vzw en zal de noodopvang verzorgen. De nieuw op te richten vzw Bruss’Help zal instaan voor het doorsturen van daklozen naar de juiste hulpverlening en zal ook onderzoek doen naar de daklozen en hulpverlening in Brussel.

“De daklozenorganisaties waren bang dat één structuur vooral ten voordele van de noodopvang zou gaan en zagen daarom liever twee aparte organen”, zegt minister Smet.

Alle andere organisaties moeten voortaan een erkenning hebben, die hen ook verplicht om voor elke dakloze een sociaal dossier aan te leggen, dat ze delen met andere organisaties.  Verschillende privacygaranties zijn ingebouwd.
Zo moet elke dakloze toegang krijgen tot zijn gegevens en die kunnen aanpassen.
Als hij een woning vindt, moet het volledige dossier gewist worden. Je kunt het vergelijken met een medisch dossier bij de dokter.

Als iemand zich voor het eerst aanmeldt bij een erkende organisatie, dan stelt die een sociaal dossier op met tien parameters, waaronder zijn naam en demografische gegevens, maar ook de reden waarom hij dakloos is en zijn vorige woonplaats.

Die laatste parameter moet een aantal Brusselse gemeentes, en Brussel Stad in het bijzonder, ontlasten. Brussel wil niet meer het OCMW van België zijn.

Tot nu toe draagt Brussel de lasten van daklozen die uit heel België afzakken, terwijl de laatste OCMW waar een persoon is ingeschreven volgens de wet verantwoordelijk blijft.
“Ofwel wordt de rekening voor de opvang van deze dakloze doorgestuurd, ofwel neemt dat OCMW die persoon terug”, zegt Smet.

Op basis van het sociaal dossier moet Bruss’Help de dakloze beter kunnen doorverwijzen naar de juiste organisaties. Die doorverwijzing
kan een dakloze voortaan ook niet meer weigeren. Alleen tijdens de wintermaanden zal hij het recht hebben om in de noodopvang te blijven.

De sector is positief over de modernisering, maar heeft praktische bedenkingen. “Hoe gaan ze dat doen?”, vraagt Jean Peeters van het Gemeenschappelijk Daklozenfront zich af. “Mensen gaan hun identiteit niet zomaar geven en zullen misschien een foute naam opgeven.”

‘Ontmenselijking’

La Strada, de organisatie die binnenkort deel uitmaakt van Bruss’Help, vraagt om een haalbaarheidsstudie.
“We moeten zeker zijn of de ingezette middelen proportioneel zijn voor het doel.”

Ook het delen van de gegevens tussen organisaties roept vragen op. Een aantal organisaties vreest dat de registratie daklozen zal afschrikken om hun verhaal nog te doen. “Een dakloze moet het recht hebben om tegen een bepaalde organisatie te vertellen over het huiselijk geweld waarvoor hij gevlucht is, maar dat tegen een ander centrum voor zich te houden”, zegt Christine Vanhessen van de federatie Ama. “Met deze verplichting bestaat het risico dat hij geen hulp meer wil. Men ontmenselijkt het sociaal werk. Wij willen af van dat sociaal dossier, of op zijn minst van het verplichte en delende karakter ervan.”

Minister Smet verzekert dat alles met respect voor de privacy van de daklozen zal gebeuren. Zo zal niet alle informatie op elk moment voor iedereen zichtbaar zijn.

Interview.

Pascal Smet over de hervorming ‘Samusocial-schandaal zette zaken op scherp’
Bijna een jaar na de eerste vragen over zitpenningen bij Samusocial heeft Pascal Smet (50) bijna zijn hervorming van de daklozensector beet.

U werkte al aan deze hervorming voor de schandalen. Hadden die een invloed?
“Samusocial zette de zaken op scherp, maar ook voordien waren minister Frémault en ik overtuigd van de noodzaak om van Samusocial een gewestelijke structuur te maken.”

Misschien is het omgekeerd: de zaken kwamen aan het licht omdat die ordonnantie in de maak was?
“De schandalen kwamen vooral voort uit een steeds grotere vraag naar openheid en transparantie, en dat is goed.
Het momentum was er.
“Maar het klopt dat we tijdens het afsluiten van een beheersovereenkomst met Samusocial merkten hoe moeizaam dat liep. Daarom kozen we ervoor om minstens de winteropvang door regeringscommissarissen te laten controleren. En van het een kwam het ander.
“Ondertussen werkten we aan een strategie om Samusocial gewestelijk te verankeren, met meer controle en transparantie. Ik had het schandaal niet nodig om daarvan overtuigd te zijn.”

Misschien had u de schandalen wel nodig om anderen te overtuigen om van die privaatrechtelijke vzw af te stappen. U kon daar eigenlijk niet aan morrelen, toch?
“Dat is moeilijk, ja. Uiteindelijk zijn we de eerste regering die iets aan Samusocial doet, door druk te zetten. Daar is ruzie over geweest in de regering, maar we zijn erin geslaagd. Nu moeten we vooral zorgen dat het niet meer kan gebeuren.”

U wil dat elke dakloze een sociaal dossier heeft. Is dat getoetst met de sector?
“Zeker, het sociaal dossier heeft tot op het einde tot discussies met de sector geleid. Ik wil niet als een gek van iedereen fiches bijhouden, maar als je een efficiënte hulpverlening wil, moet je de voorgeschiedenis kennen. Zodat iemand niet elke keer opnieuw een introductiegesprek moet doen. Of als iemand gewelddadig is, dan is het belangrijk dat een hulpverlener dat weet.”

Zo’n registratie kan mensen toch afschrikken?
“Dat dossier moet niet vanaf het eerste contact. Straat – hoekwerkers moeten eerst vertrouwen kunnen winnen.
De noodopvang zal bovendien altijd gratis en onvoorwaardelijk zijn. Cruciaal is de ketenaanpak.”

BRUNO STRUYS

https://www.demorgen.be/binnenland/brussel-wil-niet-meer-het-ocmw-van-belgie-zijn-en-gaat-daklozen-registreren-bdb694dc/

L’ASBL AMA

Créée en mai 1968, la Fédération des maisons d’accueil et des services d’aide aux sans-abri (AMA) fédère des institutions assurant l’accueil, l’hébergement et l’accompagnement d’adultes et de familles en difficultés psychosociales mais aussi des personnes morales ou physiques actives dans le domaine de l’aide et de l’accueil de personnes en grande précarité sociale.

NOUS SUIVRE SUR LES RÉSEAUX :

BRUXELLES

13 Rue des Champs Élysées – 1050 Bruxelles

NAMUR

Rue de Bomel 154 – 5000 Namur

AVEC LE SOUTIEN DE

     

L’ASBL AMA

Créée en mai 1968, la Fédération des maisons d’accueil et des services d’aide aux sans-abri (AMA) fédère des institutions assurant l’accueil, l’hébergement et l’accompagnement d’adultes et de familles en difficultés psychosociales mais aussi des personnes morales ou physiques actives dans le domaine de l’aide et de l’accueil de personnes en grande précarité sociale.

BRUXELLES

13 Rue des Champs Élysées – 1050 Bruxelles

NAMUR

Rue de Bomel 154 – 5000 Namur

AVEC LE SOUTIEN DE


     

Back To Top